Samenhang van het bachelorprogramma

Het bachelorprogramma is meer dan de opsomming van vakken die het vakkenraster doet uitschijnen. Het programma is een doordachte opeenvolging waarin vakken verderbouwen op andere vakken, en sommige schakels zijn in een leerlijn. De figuur hieronder duidt de samenhang van het bachelorprogramma. Een legende en toelichting staan onder de figuur.

  • De rijen in de tabel komen overeen met de opeenvolgende semesters uit het modeltraject, van boven naar onder.
  • De kleuring komt overeen met de inhoudelijke oriëntatie van de vakken: grijze vakken zijn basiswiskundevakken, lichtblauwe vakken zijn analyse en paars de algebra- en meetkundevakken, groene vakken zijn wiskundig-natuurkundig, roze vakken zijn statistiek en de gele vakken zijn andere vakken in toegepaste wiskunde.
  • De brede verticale banden zijn echte leerlijnen waarbinnen de lesgevers regelmatig overleggen. De rode lijnen geven verbanden aan tussen vakken. Lesgevers van verbonden vakken overleggen met elkaar wanneer ze wijzigingen aanbrengen in hun cursus.

Enkele opvallende dingen lichten we nader toe.

  • Er is een sterke leerlijn analyse: analyse is behalve een wiskundige basisdiscipline een voedingsbodem voor toepassingen en werkt ondersteunend voor natuurkundige en toepassingsgerichte vakken.
  • Er is een tweede sterke leerlijn, namelijk die van algebra, lineaire algebra en meetkunde, die basisvaardigheden bijbrengt voor natuurkunde- en toepassingsgerichte wiskundevakken, en bovendien ondersteunend werkt voor vakken als Wiskundige logica.
  • Het vak Discrete wiskunde I dient een dubbele functie:
    1. Enerzijds zit het in de minileerlijn discrete wiskunde, waar het een eerste inleiding biedt, met aandacht voor propositie- en predicaatlogica, verzamelingenleer, combinatoriek, getallen en algebraïsche structuren.
    2. Anderzijds wil het een brug slaan tussen het secundair en hoger onderwijs. In het bijzonder: leren redeneren en formuleren op een wiskundig correcte manier.
    Het vak werkt dus sterk ondersteunend voor bijna elk vak uit de opleiding, en staat dus veel centraler dan de figuur laat uitschijnen.
  • Ook de basisvakken Wiskundige analyse I, Lineaire algebra en analytische meetkunde I en de eerste helft van Wiskundige analyse II brengen wiskundige basisvaardigheden bij die in veel meer vakken worden gebruikt dan op de figuur zichtbaar is, i.h.b. ook in de natuurkundige- en toegepaste vakken. Deze tweeënhalve vakken worden gedeeld door de opleidingen wiskunde en natuurkunde.
  • Het bachelorproject vervult een rol, duaal aan die van deze drie basisvakken uit de opleiding: het is sterk verbonden met een vak uit de bacheloropleiding, namelijk dit vak waarin de student het onderwerp voor zijn project kiest. Voor de lijst, zie hier.
  • De drie vakken met een ★ zijn drie projectvakken. In elk jaar van het modeltraject zit er één. Deze vakken vormen de leerlijn wetenschappelijke integriteit.

Uitvoerige dank gaat uit naar dr. Jeroen Demeyer, die bovenstaande samenhangsgraaf maakte met behulp van computeralgebrapakket Sage en LaTeX tikz.